Excelsior Rotterdam Magazine, juli 2022

DE TIJDEN ZIJN NU EENMAAL VERANDERD, DAAR KUN JE NIET OMHEEN. -SIMON KELDER- mee bezig zijn. Rustig blijven als het moeilijk wordt, de juiste mensen de juiste dingen laten doen en een cultuur creëren waarin gepresteerd kan worden.’’ Kelder: ,,Hoe vaak zijn wij periodekampioen geworden? Dat vonden we bijna normaal, terwijl ze bij andere, soms grotere clubs vier dagen dronken waren als ze een periodetitel pakten. Het is ook geen toeval dat in de historie drie mensen die bestuurslid waren bij Excelsior in het bestuur van de KNVB hebben gezeten. Alles bij elkaar hebben we een naam opgebouwd die in heel Nederland goed is. En dat we dan in het verleden oud papier hebben opgehaald en dat we door sommige mensen daardoor oud papierclub worden genoemd… Waarom zouden we ons daarvoor schamen? We verdienden destijds veel geld met dat oud papier.’’ Bovenberg: ,,Dat is zeker onderdeel van onze geschiedenis, maar dat imago voelt wel als een cocon waar we absoluut uit moeten.’’ Kelder: ,,Klopt, dat is geweest. Nu werken we op een heel andere manier. Ik vind het mooi om te zien dat mensen die voor Excelsior werken een bepaalde bevlogenheid hebben. Ik zag dat onlangs weer in Den Haag. Een familie die met elkaar intens gelukkig was. Misschien zie ik dat te romantisch, maar de betrokkenheid is groot. Ook als het slecht gaat. Dat geldt voor iedereen die voor Excelsior werkt.’’ Volgens Bovenberg is vooruitkijken de enige manier om Excelsior toekomstbestendig te maken: ,,Als je te veel om je heen gaat kijken, kom je stil te staan. Het landschap waarin we actief zijn - het voetballandschap, maar ook vrijetijdsbesteding van mensen als geheel - verandert zo snel, dat je altijd bezig moet zijn met hoe je op ontwikkelingen moet inspelen. Je moet het gaspedaal heel hard indrukken. Dat is naar mijn idee de enige manier om de stappen te kunnen zetten die we aan het zetten zijn. Als je niet durft te vernieuwen of investeren om door te gaan, dan ga je onherroepelijk tegen jezelf aanlopen.’’ ,,Ik geloof in de potentie van deze club en dat die eruit gaat komen. We hebben 80.000 man nodig om 20 wedstrijden per jaar uitverkocht te zijn. Er zitten hier 30.000 studenten, 60.000 mensen die in Kralingen wonen, we hebben een sportclub met ruim 1000 leden. Als we iedereen in dit kleine straaltje al één keer per jaar naar het stadion weten te krijgen, dan ben je elke wedstrijd uitverkocht. Ik geloof erin dat dit mogelijk is.’’ Simon Kelder bekijkt het nieuwe elan van Excelsior met bewondering: ,,Als ik zie wat er allemaal verbouwd wordt, dat vind ik prachtig. De club gaat vooruit en ontwikkelt zich. Dat is toch mooi? De tijden zijn nu eenmaal veranderd, daar kun je niet omheen. Kijk alleen al naar de sponsorkant. Vroeger kwam een sponsor alleen voor het voetbal. Nu is dat anders en dat vraagt om een heel andere organisatie. Het gaat niet alleen om voetbal, het is zo veel meer geworden.’’ Bovenberg: ,,Ik ben in Engeland bij veel clubs gaan kijken en ontvangstruimtes en zo zien er daar vaak echt niet bijzonder uit. Maar het product voetbal is zo sterk, dat is echt waar de mensen voor komen. Bij ons is het product voetbal alleen niet sterk genoeg, dus moeten we meer doen om mensen aan ons te binden. Daar heb je mensen voor nodig die vanuit oprechte aandacht en interesse enthousiast zijn om sponsors en supporters hier naartoe te halen. Die instelling en drive moet iedereen die bij Excelsior werkt dus hebben.’’ Daan Bovenberg en Simon Kelder hebben allebei een lange geschiedenis bij de club. Kelder: ,,Ik ben geboren in Kralingseveer en mijn vader heeft nog bij Excelsior gevoetbald. Ik ben zelf begonnen bij CKC, maar ben op mijn achttiende overgestapt naar Excelsior. Toen ik knieproblemen kreeg ben ik gestopt. Ik was inmiddels verhuisd naar Barendrecht en ben daar voorzitter geworden. Ik deed ook hier al het een en ander en op een bepaald moment werd ik ook voorzitter van Excelsior. Nadat de samenwerking met Feyenoord tot stand was gekomen, werd ik algemeen directeur.’’ Bovenberg: ,,Ik was vier, vijf toen ik hier op een zaterdagochtend naar binnen ben gelopen met de vraag of ik bij Excelsior mocht voetballen. Ik ben er nooit bewust mee bezig geweest om prof te worden, dat is heel natuurlijk en geleidelijk gegaan. Als speler ben ik altijd geïnteresseerd geweest in het reilen en zeilen van een club. Niet dat ik toen al bezig was met het idee ooit directeur te worden, maar ik heb altijd interesse gehad in hoe alles werkt. Niet alleen op voetbalgebied trouwens, ik kijk altijd kritisch naar alles om me heen. Hoe lopen dingen? Waar loop je tegenaan? Hoe kunnen dingen beter? Dat zorgt er onbewust voor dat je veel kennis en gedachten opdoet van hoe je een club kan vormgeven. Wat dat betreft was het wel een logische stap om dit te gaan doen.’’ Met een degradatie en twee jaar corona was het niet de makkelijkste tijd om directeur te zijn van een betaaldvoetbalclub. ,,Aan de andere kant dwingen tegenslagen je om opnieuw na te denken over hoe je je als club profileert. Financieel gaan wij het nooit winnen van veel andere clubs om ons heen. Als je Eredivisie speelt, onderscheid je je op dat gebied nog, maar als je dat niet hebt wordt het een ander verhaal. Ook corona dwong ons om na te denken over nieuwe situaties. Uiteindelijk moet je daar sterker uitkomen en dat kan ook, mits je de juiste keuzes maakt en durft te maken. En dat willen we blijven doen, zodat we onze naam echt eer aan doen.’’ 11 10 Maga z i ne x Exce l s i or Rot terdam j u l i 2022

RkJQdWJsaXNoZXIy ODM1NjU=